Beschermd plaagdier
Hermelijnen
Er komen in Nederland zo’n 6 soorten marterachtigen voor, de wezel, hermelijn, bunzing, boommarter, steenmarter en das. Van deze zes zijn de hermelijn, wezel en bunzing de meest voorkomende.
De hermelijn behoort tot de marterachtigen. Hij heeft een lange zware behaarde staart met een zwarte pluimpunt. Op zijn rug is het dier grijs- of beigebruin en de buik is wit. Hij heeft wat weg van een wezel, maar is een stuk groter.
Hermelijn herkennen
De hermelijn heeft een zomer- en een wintervacht. In de zomer is de vacht roodbruin, in de winter is het soms wit. Het staartpuntje blijft echter altijd zwart. Nederland ligt net op de grens tussen koud en niet koud: een deel van de hermelijnen veranderd van kleur, maar er worden elke winter ook bruine dieren waargenomen.
De mannetjes zijn van kop tot romp circa 26 cm en de vrouwtjes circa 23 cm. De staartlengte is bij de mannetjes circa 10 cm en bij de vrouwtjes circa 9 cm. Het gewicht van de mannetjes ligt tussen 150-445 gram en van de vrouwtjes tussen 140-260 gram.
Verblijfplaats
De hermelijn leeft in een hol van een ander dier (mol, konijn) of in een andere holte, zoals van een boom. Ze lopen of klimmen langs beschutte plekken met heggen, muurtjes, langs oevers of door holen van andere dieren. Die holen of gangen moeten dan wel ongeveer vijf centimeter van doorsnee zijn. Als hij op zijn achterpoten gaat staan om de omgeving goed te kunnen zien, wordt dat ‘kegelen’ genoemd.
Ontwikkeling en voortplanting
De actieve draagtijd duurt slechts 10 weken en ze krijgen dan vaak tussen de 4 en 8 jongen. Het nest wordt bedekt met de vacht van knaagdieren. Hermelijnen worden meestal niet ouder dan 2 jaar.
Hermelijn in de tuin
Hermelijnen zijn beschermd en mogen niet door de mens gevangen of gedood worden. Ze worden echter gegeten door uilen, roofvogels of vossen, dus met het ophangen van roofvogel- of uilenkasten kun je overlast van hermelijnen beheersen. Traas Nederland kan u helpen bij het kiezen van de juiste uilenkast.